De Code verspreiding ongeadresseerd reclamedrukwerk (CODE VOR) is de gedragscode binnen de structuur van de Reclame Code Commisie voor ongeadresseerd drukwerk.
Definities en algemene bepaling
Artikel 1.1. In deze Code wordt verstaan onder:
a. Reclame: iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen, diensten of denkbeelden (tezamen: producten). Onder reclame wordt mede verstaan het vragen van diensten.
Toelichting bij artikel 1.1.a.
b. Reclamedrukwerk: ieder drukwerk dat geheel of gedeeltelijk uit reclame bestaat, uitgezonderd huis-aan-huisbladen.
c. Samples: goederen of monsters van goederen die ter aanprijzing worden verspreid zonder daarvoor enige tegenprestatie te verlangen.
d. Ongeadresseerd reclamedrukwerk: reclamedrukwerk en/of samples die gratis huis-aan-huis worden verspreid zonder vermelding van adres (of postbus) en woonplaats van de ontvanger.
Toelichting bij artikel 1.1.d.
e. Huis-aan-huisbladen: ongeadresseerde drukwerken die met een vaste frequentie gratis huis-aan-huis worden verspreid in een geografisch beperkt gebied en waarvan tenminste 10% van de inhoud bestaat uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, niet zijnde reclame, en die daarnaast reclame bevatten.
Toelichting bij artikel 1.1.e.
f. Afzender:
– bij ongeadresseerd reclamedrukwerk: degene die als afzender(s) op het ongeadresseerde reclamedrukwerk is (zijn) vermeld;
– bij huis-aan-huisbladen: de uitgever, vermeld in het huis-aan-huisblad
g. Verspreider: de organisatie die het ongeadresseerde reclamedrukwerk of de huis-aan-huisbladen verspreidt of doet verspreiden in opdracht van de afzender.
Artikel 1.2.
De afzender dient zich zodanig te identificeren dat hij gemakkelijk en daadwerkelijk bereikbaar is voor de ontvanger. Naam, adres en woonplaats van de afzender dienen in het ongeadresseerde reclamedrukwerk en huis-aan-huisblad vermeld te zijn, alleen vermelding van een postbusnummer is niet voldoende.
2. Stickers
2.1. De volgende stickers vallen onder het bereik van deze Code:
Sticker A:
”GEEN ONGEADRESSEERD RECLAMEDRUKWERK, GEEN HUIS-AAN-HUISBLADEN” (NEE/NEE);
Sticker B:
”GEEN ONGEADRESSEERD RECLAMEDRUKWERK, WEL HUIS-AAN-HUISBLADEN” (NEE/JA);
zoals nader uitgewerkt in de modellen opgenomen in bijlage 1 van deze Code.
2.2. De betekenis van sticker A is: door sticker A aan te brengen op of in de directe omgeving van zijn brievenbus, geeft de bewoner of gebruiker van het desbetreffende perceel aan geen prijs te stellen op de ontvangst van ongeadresseerd reclamedrukwerk en huis-aan-huisbladen.
2.3. De betekenis van sticker B is: door sticker B aan te brengen op, of in de directe omgeving van zijn brievenbus beoogt de bewoner of gebruiker van het desbetreffende perceel aan te geven geen prijs te stellen op de ontvangst van ongeadresseerd reclamedrukwerk en wel prijs te stellen op de ontvangst van huis-aan-huisbladen in zijn brievenbus.
3. Respectering stickers
3.1. Afzenders en verspreiders zullen ieder voor zich en in gezamenlijk overleg alle maatregelen en voorzieningen treffen die noodzakelijk zijn:
– teneinde de respectering van de op bijlage 1 vermelde stickers te bereiken;
– en voor de verdere uitvoering en naleving van deze Code.
3.2. Afzenders en verspreiders zullen het aantal aangebrachte stickers (laten) bijhouden en de aantallen te verspreiden ongeadresseerde reclamedrukwerken en huis-aan-huisbladen daarop afstemmen.
4. Verspreiding en bekendmaking stickers
4.1. De partijen bij deze Code zullen ervoor zorgen dat stickers A en B, vermeld op bijlage 1, gratis en in voldoende mate voor het publiek verkrijgbaar zijn.
4.2. De partijen bij deze Code zullen de betekenis en de verkrijgbaarheid van de stickers op duidelijke wijze onder de aandacht brengen van het publiek.
5. Klachten
Een ieder die meent in strijd met een door hem/haar aangebrachte sticker ongeadresseerd reclamedrukwerk en/of een huis-aan-huisblad te hebben ontvangen, kan zich hierover schriftelijk beklagen bij de afzender en/of de verspreider. De ontvanger van de klacht is gehouden de klacht te onderzoeken en de klager binnen vier weken schriftelijk te informeren omtrent de uitkomst van dit onderzoek. Indien de klacht is gericht aan de afzender dient deze op eerste verzoek naam en adres van de verspreider bekend te maken.
6. Toezicht en sancties
6.1. De klager, die niet tijdig is geïnformeerd conform artikel 5, of de afhandeling van zijn klacht onbevredigend acht, kan vervolgens een klacht indienen bij de Stichting Reclame Code, conform de statuten en reglementen van deze Stichting. De klacht moet bij gebreke van een tijdige reactie door de afzender
(c.q. verspreider) uiterlijk binnen vier weken na het verstrijken van de in artikel 5 bedoelde termijn en bij bezwaar tegen een gegeven reactie binnen vier weken na ontvangst van die reactie worden ingediend, tenzij de klager aannemelijk maakt dat dat redelijkerwijze niet van hem verlangd kan worden.
6.2. Bij toewijzing van een klacht gelden de sancties vermeld in artikel 17 en 18 van het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep.
6.3. De Reclame Code Commissie c.q. het College van Beroep kan bij een toewijzing van een klacht aangeven of de overtreding van de Code te wijten is aan de afzender en/of de verspreider.
7. Inwerkingtreding
Deze Code is in werking getreden op 1 januari 1993 en aangepast op 1 januari 2004.
Bron: reclamecode.nl